Mijn naam is Samantha Lijme, ik heb een zuivelallergie. Dit doet er volgens sommige mensen, zoals mijn baas me meerdere keren heeft toegesnauwd, niet toe. Ik denk van wel, vooral als ik mijn huis uit ga, waar zich meer zuivelproducten bevinden dan in mijn koelkast. Normaliter ga ik niet naar kunstzinnige avonden. Meestal kijk ik na een dag werken naar twee afleveringen van Deadliest Catch, een programma over krabvissers op de Baringen Zee. 6 September 2013 was dat totaal anders. Die avond zat ik in Het Theatrum Anatomicum, een koepelzaal helemaal bovenin De Waag in Amsterdam, waar zich de meest uitzonderlijke mensen uit het land hadden verzameld.
Een vlotte man sprong op het podium, hij zou een instrument tonen dat uiterst zeldzaam is. De vibrandoneon kende ik nog niet. Het is een soort piano, het heeft toetsen, alleen werkt het niet met snaren maar met lucht. Ik zou dat niet kunnen, vanwege mijn zuivelallergie. Mensen met een zuivelallergie hebben een minder grote longcapaciteit. Ik kan van de klank niets anders zeggen dan dat die klonk als een ongestelde fluit, stel dat een fluit ongesteld kan worden.
Daarna kwam er een jongen met fel gekleurde schoenen op het podium. Hij heet Maurits de Bruijn. Later op de avond vertelde hij me dat hij die schoenen speciaal droeg omdat de mensen daarop hun aandacht richten. Dat heet ‘peacocking’, net zo als een pauw aandacht trekt met zijn felgekleurde veren, deed deze jongen dat met zijn schoenen. Ik ga dat onthouden. Hij las een tekst die gemaakt was van allemaal verschillende songtitels, vooral van vrouwen. Op de achtergrond zag ik Celine Dion, Mariah Carey en Whitney Houston. Wat een enerverende vrouwen. Ik gunde Pauwrits (hihi) een plekje naast zijn diva’s op het podium.
Toen kwam er nog meer muziek, ditmaal van Reyn Ouwehand. Hij had een orgel meegenomen, maar als je dat een orgel noemde, werd hij erg boos. Dus noemde iedereen het een mellotron. Ik begreep niet zo goed hoe het werkte, hij wel, en kon er erg enthousiast over praten.
Daarna kwam Jezus Christus van Nazareth op het podium. Of, zo leek het. Eigenlijk heette de jongen met de lange ongewassen haren Styrmir Örn Guðmundsson (op IJsland heeft iedereen een moeilijke naam). Hij vertelde – in het Engels - een zelfverzonnen verhaal over een schildpad en een paradijsvogel. Het is het mooiste verhaal dat ik ooit gehoord heb. De paradijsvogel moest naar Het Zuiden vliegen, dat zat in zijn natuur, tegelijkertijd betekende dat dat hij zijn beste vriend, het schildpad, moest achterlaten. Ook al ging het over dieren, het was hartverscheurend menselijk. Hij las het ook heel mooi voor. Ik hoop dat zijn verhalen uitgegeven worden.
In de pauze heb ik gin-tonic gedronken, daar zit geen zuivel in.
Jacub Straka was de knapste jongen van de hele avond. Hij had gel in zijn haar. Van achter zijn laptop presenteerde hij de nieuwe website van Lost & Found. De lancering was live, het duurde lang voordat het lukte. Wat me blij maakte. Ik wist niet dat mensen die van het internet hun vak maken er zelf ook zo weinig van begrijpen.
Frank van den Engel maakt documentaires. Dat doet hij al zijn hele leven. Nu maakt hij een documentaire over de kunstwereld. Nog geen enkel beeld was op televisie geweest en wij mochten de documentaire al zien voordat die uit zou komen (bijzonder!!!!). Er zit heel erg veel geld in de kunstwereld en de investeerders willen meer verdienen. Niemand weet precies hoeveel iets waard is over tien jaar, dus moeten ze gokken. Zo raken sommige kunstenaars even heel beroemd en daarna niet meer.
Aan het einde vroeg ik aan de barvrouw of ze ook melk had. Ze zei van niet. Ik zei dat dat goed was omdat ik een zuivelallergie heb. Op de fiets naar huis, dacht ik aan alles wat ik die avond gezien had. De komende avonden zou ik thuisblijven, ik had genoeg om op te teren.